We weten meer over de “fertility cliff”: Veel vrouwen krijgen ergens te horen dat hun vruchtbaarheid “na 35 ineens instort”. Nieuw onderzoek laat zien dat die breuklijn in werkelijkheid al rond 32 jaar begint, als de kwaliteit van eicellen versneld achteruitgaat. Het gaat dan niet alleen om minder eicellen, maar vooral om meer fouten in het genetisch materiaal van die eicellen.
Cohesin: het klittenband van de chromosomen In elke eicel zitten chromosomen die netjes verdeeld moeten worden bij de bevruchting. Dat gebeurt dankzij een ringvormig eiwitcomplex, cohesin, dat als moleculair klittenband de chromosomen bij elkaar houdt. Dat cohesin wordt vóór de geboorte al in de eicellen aangebracht en kan later niet worden vervangen, waardoor het langzaam verslijt.
Onze eicellen zijn niet ontworpen om decennialang perfect te blijven werken.
Volgens een overzicht in Mechanisms of Ageing and Development is “verzwakte chromosoomcohesie een hoofdreden voor de achteruitgang van de kwaliteit van eicellen met de leeftijd”. Studies laten zien dat zelfs bij vrouwen in hun “piekjaren” al meer dan 20 procent van de eicellen een verkeerd aantal chromosomen heeft; na 32 jaar loopt dat snel op.
Wat betekent dat in de praktijk? Meer chromosoomfouten in eicellen betekenen meer mislukte innestelingen, meer miskramen en een hoger risico op aandoeningen als het syndroom van Down. Voor vrouwen in de vroege tot midden dertig ligt het miskraamrisico rond 1 op 10; richting 40 jaar stijgt dat naar ongeveer 1 op 3. Artsen benadrukken dat de kans op zwangerschap per cyclus al vanaf begin 30 langzaam daalt en vanaf 35 duidelijk steiler.
Toch is er geen magische leeftijd waarop het “te laat” is. Belangrijke keuzes zijn:
- Realistisch plannen: wie weet dat een kind gewenst is, doet er goed aan niet te lang te wachten, als de omstandigheden het toelaten.
- Tijdig advies vragen: bij een jaar lang vergeefs proberen (of zes maanden na 35) is een fertiliteitsarts geen overbodige luxe.
Onderzoekers kijken ondertussen naar manieren om cohesin en de omgeving van de eicel beter te beschermen, bijvoorbeeld via het mTOR-systeem dat celstofwisseling stuurt. Maar voorlopig is de biologie duidelijker dan de technologie: de vruchtbaarheidsdip rond 32 laat zien dat onze eicellen niet ontworpen zijn om decennialang perfect te blijven werken.